Een woordje uitleg bij dit beeldverhaal
Wereldburgerschapseducatie heeft als doel jongeren tools aan te reiken om in actie te komen voor maatschappelijke verandering. We spreken van transformatief leren waarbij er wordt ingezet op maatschappelijke en persoonlijke verandering. Dit persoonlijke groeiproces en sociaal bewustzijn zijn voor elke leerling anders, want ieder zal op een eigen tempo en van een ander startpunt vertrekken. Een passende evaluatie hierbij is formatieve evaluatie, dat de leerling begeleidt tijdens het leren. De leerling wordt beoordeeld op basis van de eigen vooruitgang. Men kijkt naar evoluties, niet naar één bepaald meetpunt of vooraf bepaalde norm die een leerling op het einde van de rit moet behalen (summatieve evaluatie). Het evalueren gebeurt dus continu doorheen het hele leerproces en mag niet gezien worden als het eindpunt.
Formatieve evaluatie zorgt voor een grotere betrokkenheid bij het eigen leerproces en kent vaak vormen van zelf- of peer-evaluatie. Dat kan bijvoorbeeld een dagboek, verslag of portfolio zijn. Evaluatie-instrumenten zijn telkens op maat van het project. Voor de leerkracht betekent het een zeer nabije begeleiding en opvolging. Het gaat om een permanente observatie, waarbij het proces belangrijker is dan de momentopnames.
Formatieve evaluatie plaatst kwalitatieve feedback centraal en is moeilijker uit te drukken in een cijfer. Op scholen waar leerlingen gewend zijn om te werken voor een cijfer, kan dit invloed hebben op de motivatie. In die context geven cijfers immers status. Aan de andere kant zijn er ook scholen waar leerlingen zich grotendeels eigenaar voelen van hun eigen leerproces, en eerder gemotiveerd geraken door een speciaal toonmoment van hun werk. Ook zijn er scholen die in het leerproces van hun leerlingen kiezen om in de lagere graden vooral groei- en oefenkansen te bieden, om ten slotte bij de oudste leerlingen wel punten te geven via bijvoorbeeld een eindwerk en een presentatie aan een jury.
Als inspiratiebron voor de eindtermen burgerschap, geeft UNESCO een impuls om evalueren breder te zien dan enkel ‘evalueren van het leren’. Zij geven de voorkeur aan ‘evalueren om te leren’ (het leerproces vormgeven op basis van een meting) en ‘evalueren als leren’ (leren door zelf terug te blikken).